Historie

De VGSL ‘Franciscus Gomarus’ is de oudste van de Leidse Christelijke studentenverenigingen. Haar leden vormen vanuit verschillende kerkelijke achtergronden samen een vereniging, verenigd in het geloof en studentzijn. Gomarus heeft over de jaren veel veranderingen doorgemaakt die haar hebben gemaakt tot de prachtige vereniging die zij vandaag de dag is.


Op een late voorjaarsavond, dinsdag 7 mei 1957 werd de Vereniging van Gereformeerde Studenten te Leiden ‘Franciscus Gomarus’ opgericht. Een onvergetelijke zomer zou vlug aanvangen, waarin de eerste stappen richting een volbloed studentenvereniging werden gezet. Drie studenten, C.C. Jasperse, W.G.H. Bassie en J. Wiegel – lid bij SSR Leiden – deelden de mening en het Leidsche vergezicht dat een geformeerde vereniging de stad zou verrijken. Christelijke studenten hadden in hun opinie geen plek om én te studeren, én God te dienen. Er moest hiervoor gebroken worden met SSR, wat in wederzijds overeenstemming dan ook gebeurde.


In de jaren die volgden groeide Gomarus langzaam maar gestaag. De eerste besturen waren genoodzaakt meerdere bestuursjaren voor hun rekening te nemen, omdat het ledenaantal in het eerste decennium nog niet voldoende ruimte bood om de rollen jaarlijks te laten rouleren. De vereniging nam steeds meer toe in aantal leden en actieve uren. Het academisch jaar bleek al snel te kort voor alle ambitieuze plannen die de vereniging had.


In de jaren negentig begon men, zoals het goede academici betaamt, het bestaansrecht van de vereniging te overdenken. Na enkele jaren van oprecht debat en verdiepende discussie besloot de Algemene Ledenvergadering de vereniging her op te richten. Er was een groeiende behoefte aan meer openheid jegens andere christenen. Waar eerst enkel studenten uit de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt welkom waren, moest de vereniging openstaan voor studenten van allerlei gezindten. Vanaf 1997 zijn de lidmaatschapsvoorwaarden van de VGSL ‘Franciscus Gomarus’ verruimd en kerken haar leden bij uiteenlopende kerkgenootschappen.


Na iets meer dan zestig jaar maken we de balans op: de jaarplanning is nog steeds (te) vol, de discussie over alles wat we tegenkomen woedt nog immer voort en ook het bier is in zestig jaar niet doodgeslagen!